Oorspronkelijk scheepslossers, vormden de pijnders vanaf de 14e eeuw een machtig ambacht. Hun taak breidde zich later uit tot het optreden bij brand. Vandaag zijn ze uitgegroeid tot de exclusieve dragersgroep van het Ros Beiaard. Het ambacht overleefde de Oostenrijkse en Franse hervormingen en verdween pas met de Eerste Wereldoorlog. Dendermonde houdt in functie van de Ros Beiaardtraditie het ambacht folkloristisch in ere.
De pijnders worden aangevoerd door hun deken die de eer geniet het Ros Beiaard te leiden tijdens de ommegang en tijdens het vuurgevecht op de Grote Markt. De pijnders bestaan uit drie groepen van twaalf dragers. Elke ploeg wordt aangevoerd door een kopman die de cadans bepaalt en het bevel geeft om te steigeren, te groeten of te wijken. Naast de eigenlijke dragers worden een aantal reservedragers achter de hand gehouden.
Ook enkele andere leden van de pijnders trekken de aandacht. De schragendragers die bij elk oponthoud van het Ros de schragen neerzetten waarop het Ros rust. De ladderdragers zorgen dat de ladder wordt meegedragen waarmee de Vier Heemskinderen het Ros op- en afstijgen. De zuipdragers hebben de belangrijke taak om dragers van het Ros Beiaard onderweg te voorzien van drank.
De Dendermondse pijnders zijn verenigd in de Gilde der Vrije Pijnders.