Uit geschiedkundige bronnen blijkt duidelijk dat de schuttersgilden al veel vroeger meeliepen in de Dendermondse ommegangen dan de reuzen. Tijdens de regeerperiode van Filips de Goede (begin 15e eeuw) werd het opduiken van reuzen tijdens ommegangen en volksfeesten een vertrouwd fenomeen. Archiefstukken vermelden dat de stadsmagistraat in 1468 een reus voor een ommegang liet bouwen. Hiervan werd in 1521 door Jan Verloo het hoofd vernieuwd dat later verguld werd. Een jaar later, in 1522, vermeldt de stadsrekening een vergoeding aan Rogier de Wilde die met een quene voor reus speelde. In 1547 werd aan deze reus een jonck reusken toegevoegd.
Voor de ommegang van 1559 is er sprake van de afgod Mars met zijn vier lakeien, vermoedelijk een eerste versie van de huidige reus Mars. Waarschijnlijk behoren het hoofd en de twee armen die vandaag bewaard worden in het Stedelijk Vleeshuismuseum, aan die specifieke reus toe. De huidige gildereuzen Indiaan, Mars en Goliath dateren allemaal uit de 17e eeuw.