naar top

Verhaal 4 - Over schippers en pijnders

Het ontstaan en de groei van Dendermonde zijn onlosmakelijk verbonden
met zijn strategisch gunstige ligging aan de monding van de Dender in
de Schelde. De rivieren zorgden voor economische activiteit. Zo was er
o.a. het ambacht van de schippers. Zij namen deel aan de processies en
ommegangen met een praalwagen in de vorm van een schip. De praalwagen
’t Schipke met zijn jonge ‘matrozen’ is ook nu nog steeds een verwijzing
naar het rijke scheepvaartverleden van de stad.


Een ander belangrijk Dendermonds ambacht gelinkt aan water, zijn de
pijnders. Tot in de 16e eeuw waren er in Dendermonde drie soorten pijnders:
de zakdragers (die de lasten op hun schouders tilden), de cordewagencruders
(die gebruik maakten van kruiwagens) en de kraankinders (die instonden
voor het laden en lossen van zware goederen met behulp van een kraan).
Voor het vervoer van de zwaarste producten (o.a. grote vaten) werd gebruik
gemaakt van sleden of paardenkarren.